Deloitte trekt wederom zijn handen af van de jaarcijfers van meubelconcern Steinhoff . De accountant heeft ‘niet genoeg fatsoenlijk boekhoudkundig bewijs verzameld’ uit de cijfers van de beursgenoteerde keten en heeft daarom een oordeelsonthouding afgegeven. Ondertussen lijdt het bedrijf, opgericht in Zuid-Afrika en statutair gevestigd in Amsterdam, wederom een miljardenverlies.
Vorige maand kwam Steinhoff met de herziene jaarcijfers over 2017. Ook toen gaf Deloitte te kennen zijn vingers er niet aan te willen branden. De VEB noemde die jaarrekening toen ‘één hele grote rode vlag’. Een ’terechte kwalificatie’, aldus hoogleraar financial accounting Kees Camfferman (VU). ‘Het is duidelijk dat deze jaarrekening een product van de intensive care is.’
Volgens Deloitte zijn er acht grote onzekerheden rond de meubelketen. Zo ziet de accountant onder meer onzekerheid over het voortbestaan van het bedrijf, over de rechtszaken die beleggers zijn gestart, over belastingen en over de toegang tot informatie van bedrijfsonderdelen die ondertussen verkocht zijn.
Dat de accountant zich onthoudt van een oordeel ‘komt niet heel vaak voor’, zegt Camfferman. ‘Je hebt gewoon te weinig houvast voor een goedkeurende verklaring als het zo’n bende is in de financiële huishouding van een bedrijf. Maar een rode vlag dat het huidige management doet zijn werk niet goed is deze verklaring niet.
Wat volgens Camfferman wel onduidelijk is aan de verklaring van Deloitte is wat de boekhouder precies bedoelt. ‘Voor de gemiddelde lezer is het geen duidelijke communicatie. Zeggen ze nou “er is grote onzekerheid, maar we vinden dat het management een goede afweging maakt”, of zeg je “we kunnen niet oordelen over de afwegingen van het management?” Dat kan je er niet zo makkelijk uit opmaken.’
Fors verlies
Volgens de gepresenteerde cijfers leed Steinhoff, dat 120.000 werknemers heeft, in de twaalf maanden tot en met september 2018 een verlies van €1,2 mrd. In de vorige maand gepresenteerde cijfers over 2017 was dat verlies nog een stuk groter, namelijk €4 mrd.
Steinhoff waardeert zijn bezittingen op €16,4 mrd, een miljard minder dan in 2017. Het bedrijf heeft door onregelmatigheden in de cijfers al voor €15,3 mrd moeten afschrijven. De waarde van de bezittingen zijn belangrijk voor beleggers die claims hebben lopen tegen het Zuid-Afrikaanse bedrijf. Sinds de boekhoudproblemen aan het licht kwamen, eind 2017, is Steinhoff 97% van zijn beurswaarde kwijtgeraakt. Rond 1 uur ’s middags staat het aandeel Steinhoff in Frankfurt 8% lager.
Ook bij de jaarcijfers over 2017 gaf Deloitte te kennen zijn vingers er niet aan te willen branden. Toen ging het nog om negen risico’s en onzekerheden. Een boekhoudtechnische onzekerheid — of een bepaalde aanpassing in de winst- en verliesrekening moet worden opgenomen of niet — is in 2018 niet opgenomen.
Miljardenfraude
Dit jaar stelde PwC vast — na meer dan een jaar onderzoek — dat bestuurders van Steinhoff voor ten minste €6,5 mrd hebben gefraudeerd. Winsten en waarderingen van bezittingen van het meubelconcern zijn daarbij jarenlang ‘substantieel’ opgeblazen.
Beleggers, toezichthouders en zakenpartners voeren volgens het jaarverslag zeker vijftien claimzaken tegen Steinhoff, dat onder meer de Nederlander Peter Wakkie heeft aangetrokken om deze zaken te begeleiden. Onder meer de Vereniging Effectenbezitters is bezig met een zaak tegen Steinhoff. De totale waarde van de claims loopt in de miljarden, maar Steinhoff heeft hier geen geld voor opzij gezet omdat de omvang van de mogelijke kosten nog niet te bepalen is. Steinhoff zegt alle claims aan te gaan vechten.
Rechtszaken
Er zijn nog geen rechtszaken gestart tegen (voormalige) medewerkers van Steinhoff, al is de Duitse justitie wel bezig met een strafrechtelijk onderzoek naar twee voormalige managers. Ook maakt Steinhoff melding van onderzoeken van de Duitse beurstoezichthouder BaFin — Steinhoff heeft een beursnotering in Frankfurt — en de FSE, de Frankfurt Stock Exchange.
Voor de volgende jaarrekening verwacht Steinhoff een significant lagere omzet te moeten rapporteren. Dat komt doordat onderdelen zijn afgestoten, de concurrentie is toegenomen en door economische achteruitgang. Ook de reputatieschade door de ontboezemingen heeft een behoorlijke impact op de verkopen, verwacht ceo Louis du Preez.
Ondertussen nemen de kosten voor Steinhoff toe, vooral door de grote hoeveelheid extern advies die nodig is om met de claims tegen het bedrijf om te gaan. In 2018 kostte dat €117 mln. Ook stijgen de financieringskosten.
Lees het volledige artikel op fd.nl.
Auteur: Lennart Zandbergen